Artikelen

De egotoestanden

Gedrag en communicatie kunnen we beïnvloeden. Binnen de Transactionele Analyse (TA) kennen we twee centrale concepten; namelijk de egotoestanden en transacties, die ons hierbij behulpzaam kunnen zijn.

Dit artikel zal de egotoestanden of ‘Ik-toestanden’ nader uitleggen. Het volgende artikel zal gaan over transacties.

Ons bewustzijn bevat het vermogen dat ons in staat stelt een besef van het eigen ik en de omgeving te vormen. Het bevat onze persoonlijke subjectieve kijk op de wereld. Deze kijk is waarneembaar door de manier waarop we ons denken, voelen en gedrag tonen.

Het begrip Egotoestand beschrijft de manier waarop we delen van onze persoonlijkheid tonen.

Grafisch kan het worden weergeven als drie cirkels boven elkaar, met daarin de woorden ‘Ouder’, ‘Volwassene’ en ‘Kind’. Deze worden met hoofdletters geschreven om hen te onderscheiden van echte ouders, volwassenen en kinderen.

Elke cirkel geeft een egotoestand weer waarmee een samenstelling van denken, voelen en gedrag van een persoon kan worden ingedeeld. Het herkennen van deze egotoestanden biedt bewustzijn van de verschillende keuzemogelijkheden die we hebben qua gedrag en communicatie.

Maken we de keuze van Ouder, dan reageren we zoals een opvoeder of ander belangrijke persoon ons heeft voorgeleefd. Vanuit de Volwassene reageren we in het Hier-en-Nu op basis van logica en rationaliteit. Het Kind bevat hoe wij vroeger als kind zouden hebben gereageerd.

Een voorbeeld om deze theorie inzichtelijk te maken:

Wanneer ik besluit deze blog/artikel te schrijf kies ik een onderwerp en zoek informatie in de vorm van boeken en artikelen. Daarnaast zoek ik ondersteunende afbeeldingen. Op basis van kennis en ervaring maak ik een eerste indeling voor het artikel in steekwoorden. Dit hoort allemaal bij de Volwassen egotoestand.

Als ik toch wat meer tijd dan gedacht nodig blijk te hebben om die eerste zinnen daadwerkelijk op papier te krijgen geef ik mezelf op de kop. De oude woorden die ik te horen kreeg: ‘Schiet op, het is maar dag en avond’, klinken weer even door. Dit kunnen we benoemen als de Oudertoestand.

Vervolgens voel ik de paniek van dat het ook zo moeilijk is iets zo eenvoudig mogelijk uit te leggen (kenmerk TA!). Daarmee kom in terecht in mijn Kind egotoestand.

Als jullie me hadden kunnen zien dan hadden jullie deze egotoestanden kunnen waarneembaar in mijn gedrag. De woorden en zinnen, de intonaties, de houding, mimiek en gebaren en de manier waarop ik reageer naar de omgeving zijn namelijk drie keer verschillend.De waarde is dus dat je kan leren in welke egotoestand je je bevindt. Door dit bewust te onderzoeken kunnen nieuwe keuze mogelijkheden ontstaan waarmee je vorm kan geven aan je gedrag en communicatie.

In het Hier-en-Nu concludeer ik dat ik de tijd mag nemen om dit artikel in mijn eigen tempo te schrijven. Een ontspannende wandeling door de tuin, om mijn gedachten te ordenen, bieden me de ruimte om verder te werken. Hiermee ben ik weer in de Volwassen egotoestand.

Berne constateerde dat de Ouder en Kind egotoestanden verder uitgesplitst konden worden in; een Structurerende Ouder en een Verzorgende Ouder, en het Natuurlijke Kind en het Aangepaste Kind. En dat deze op hun beurt weer uitgesplitst kunnen worden in een negatieve en een positieve manier van doen. Hiermee kunnen we tot de volgende omschrijvingen komen van de Egotoestanden:

  •  De positief structurerende Ouder; inspirerend, structurerend en instruerend.
  •  De negatieve manier van doen kan dominant, bazig en / of bestraffend zijn.
  •  De positief verzorgende Ouder; zorgzaam, ondersteunend, begripvol en / of liefdevol.
  •  De negatieve manier van doen kan betuttelend, verstikkend en / of te mild zijn.
  • De Volwassene denkt en handelt logisch en kan ook afstandelijk overkomen.
  • Het positief Aangepaste Kind; meewerkend, gehoorzaam en/ of vriendelijk zijn.
  • De negatieve manier van doen kan onderdanig, rebels, klagend en / of overdreven aangepast zijn.
  • Het positief Natuurlijke Kind; spontaan, authentiek, levenslustig en / of nieuwsgierig.
  • De negatieve manier van doen kan egocentrisch, roekeloos, grenzeloos en / of onvolwassen zijn

 

Kennis over de egotoestanden kan je helpen inzichten te verwerven en bewust en effectiever te communiceren.

 

Mocht u vragen hebben, mag u mij graag een mailtje sturen (vraag@continue-ct.nl). Ik drink graag een (virtueel) kopje thee met u!

 

(auteur: Bart van de Wauw)

De samenhang tussen ‘relatie’ en leren in organisaties

Een organisatie kan worden gezien als een systeem waarbinnen werknemers een plek zoeken waar ze onderdeel van willen zijn.
Een uitdaging van het systeem is dan ook de leden de uitnodiging en uitdaging te bieden hier actief aan bij te dragen.

Veelal vindt deze ontwikkeling van werkend leren plaats op de snijlijn tussen weten en niet-weten, kunnen en niet-kunnen. Het systeem heeft dus de permissie om als lerende structuur onderweg te mogen zijn. Dit vraagt acceptatie van het nog niet weten en kunnen en de openheid nieuwe informatie toe te durven voegen aan jezelf, de ander en de organisatie.

In een leerproces wordt soms meer energie erin gestoken het nieuwe en de daarmee samenhangende vermeende problemen te vermijden.
Veranderingen door werkend leren kunnen het begin van een conflict bevatten door nieuwe inzichten die gepaard gaan met ontwikkeling.

Het open deuren beleid was al jaren een feit. Toch kwam het maar niet van de grond. Een veel gehoorde eerste reactie was ‘straks!’, ‘nu even niet’, volgens de medewerkers. Binnenkomen was ondanks de open deur niet zo gemakkelijk als gedacht!
Steeds vaker gingen medewerkers het zelf of onderling maar oplossen en het contact met de leidinggevenden werd minder.

Totdat de afdeling vastliep in een verwarring rond de verschillen in werkprocedures. Na een goed werkoverleg kreeg de deur weer haar oorspronkelijke functie terug; een krachtig signaal.
Dicht betekent niet storen, halfopen is voor urgente vragen en open staat voor “je mag binnenlopen zonder kloppen”.

De constante uitnodiging tot leren tussen leidinggevenden en medewerkers kwam tot zijn recht binnen een kader.

 

De kwaliteit van de relatie laat zich volgens Eric Berne aflezen in de manier waarop mensen elkaar ontmoeten.
Deze houding heeft hij geformuleerd als: Ik ben Oké, jij bent Oké. In deze houding zijn we respectvol en hebben een nieuwsgierige interesse naar de ander.

Werkend leren gericht op het behoud van relatie biedt die mogelijkheid om van leervragen waardevolle en contactrijke ontmoetingen te maken.

Erskine (1996) noemt drie stappen voor een contactrijke leer–werk relatie:

  1. Doorvragen
  2. Aansluiten (ingaan op antwoord, verantwoordelijkheid nemen voor de relatie en een respectvolle houding aan te nemen)
  3. Integreren

In het werkend leren, dat ontstaat binnen deze context, stimuleer je als leidinggevende het aannemen van verschillende inzichten, het leren van handelingen en het ontwikkelen in weten en kunnen.

Als leidinggevende faciliteer je deze te bieden leerprocessen.

 

Leer meer over leren in een organisatie in onze training:

Tussen leidinggeven en werkrelatie.

(auteur: Bart van de Wauw)

Pauzes nemen? Uitstellen kan altijd nodig!

 

In de management klassieker; “De zeven eigenschappen van effectief leiderschap” vertelt Covey het volgende verhaal:

“Een man loopt door het bos en ziet een houthakker, die zich helemaal in het zweet heeft gewerkt om een boom om te zagen. De man vraagt aan de houthakker wat hij aan het doen is. “Ik moet deze boom voor vanavond omzagen!”, antwoord de houthakker. De man zegt: “Maar die zaag is helemaal bot! Neem even pauze om hem aan te scherpen, dan ben je sneller klaar.” “Nee”, antwoord de houthakker “Ik heb geen tijd om hem aan te scherpen: die boom moet vandaag nog om!”

Pauzes worden vaak niet gezien als vanzelfsprekend, noodzakelijk of zinvol. Ze zijn in werkprocessen vaak kort of worden gebruikt om snel wat werk af te krijgen.

Een bijna typisch motto tijdens het werken lijkt te zijn: ‘Als je sneller werkt, ben je eerder klaar!”

Waardoor nemen we weinig of geen pauzes? Een aspect zijn persoonlijke attitudes en overtuigingen, door pauzes bijvoorbeeld te zien als een verstoring of juist een hulpmiddel.Daarnaast spelen externe omstandigheden een rol: bijvoorbeeld de agenda die wordt gevuld met ad-hoc taken.Wanneer we denken dat we productiever zijn zonder pauzes en onze innerlijke drijfveer ‘doorgaan” is, lopen we het risico dat we te weinig tijd voor herstel nemen. De arbeids- en organisatiepsycholoog Kalles stelt: “Alleen in topsport weet elke trainer precies dat een gebrek aan regeneratie de prestaties verzwakt”.Hiermee kunnen we stellen dat het evenwicht tussen spanning en ontspanning afhangt van hoe goed we deze afwisselen of verenigen.

Er zijn drie natuurlijke drijfveren die hier invloed op uitoefenen:

1. De drijfveer om te overleven: “mijn werk moet af anders verlies ik mijn baan!”
2. De drijfveer tot creativiteit: “als ik doorwerk in de pauzes win ik tijd! “.
3. De drijfveer om te rusten: “tijdens rustpauzes krijg ik soms onverwachte ingevingen”.

Stress en inspanning zullen deel blijven uitmaken van ons leven. We zijn zowel fysiek als mentaal toegerust om met stress om te gaan. Onze lichaamsfuncties passen zich aan op “actie” als we reageren op een uitdaging. Daarna is het echter tijd om de lichaamsfuncties weer te normaliseren (hartslag, ademhaling, spieren, spijsvertering, denken) en te regenereren; om opnieuw kracht op te doen voor nieuwe taken. Als stresssituaties elkaar echter zo nauw opvolgen dat er tussendoor geen regeneratie mogelijk is, blijft het – niet herstelde – organisme “opgestart”. Een dergelijk gebruik van fysieke bronnen overbelast het organisme op de lange termijn.

Het jezelf ‘uitputten” kent dus patronen van het onvoldoende voorzien van de elementaire fysieke en psychologische behoeften op basis van de drie drijfveren.

Pauzes creëren ritme en structuur. Ze bieden tijd en ruimte om in elementaire basisbehoeften te voorzien. Pauzes geven de hersenen de kans om los te laten of de onophoudelijke overvloed aan indrukken te sorteren en te verwerken (Stuck 2012).

Een aardig beeld van hoe om te gaan met pauzes wordt weergegeven door de twee volgende uitspraken die elkaar aanvullen qua timemanagement.

Als eerste beantwoordde Von Hirschhausen (een drukbezette komiek) de vraag: ‘Wanneer moet je ontspannen?”  met: ‘Als je er geen tijd voor hebt! “

Het tweede is het Japanse spreekwoord ‘Naast de hoge kunst om dingen te doen, is er ook de kunst om dingen niet te doen.”

Het erkennen van je behoefte aan pauze kan je helpen deze regeneratietijd optimaler te benutten. Belangrijk is om tijd te nemen voor pauzes en deze ook te verdedigen met:

‘Ik heb pauze nodig om me weer op te laden en deze tijd is goed geïnvesteerd!”.

 

Leer meer over omgaan met tijd in onze training:

Time management – Uitstellen kan altijd nog!

(auteur: Bart van de Wauw)